Anders dan de Kamer voor het notariaat Den Bosch verklaart het hof in beroep het beleggen van een notaris (met geleend geld) in onroerend goed in strijd met artikel 17 lid 3 Wna en artikel 23 lid 2 Wna. Dat het de bedoeling van de notaris is om de appartementen voor lange termijn in eigendom te houden, ter aanvulling van zijn pensioen, doet hieraan niet af.
Overigens besliste de tuchtrechter eerder dat ook een kandidaat-notaris niet in onroerend goed mag beleggen (ECLI:NL:TNORARL:2019:54). De uitspraak van het Hof bevestigt de bijzondere positie van de notaris, waarbij onafhankelijkheid een essentieel uitgangspunt is.
Het BFT handhaaft geconstateerde normschendingen volgens handhavingsbeleid, onder meer door het indienen van tuchtklachten. Voor notarissen en gerechtsdeurwaarders is kennisname van de tuchtuitspraak nuttig voor hun praktijkvoering. Ook kan zo beter inzicht worden verkregen in de handhaving door het BFT.