BFT en deurwaarder voeren proefprocedure over kosten waarneming

Op een tuchtklacht van het BFT oordeelde de tuchtrechter dat een waarnemer van een gerechtsdeurwaarder dezelfde rechten en plichten heeft als de gerechtsdeurwaarder die hij waarneemt. Wanneer sprake is van een bewaringstekort kan een waarnemer geen gelden aan de kwaliteitsrekening onttrekken, ook niet ten behoeve van uitbetaling van zijn salaris. De tuchtrechter bevestigt dat de kosten van de waarneming ten laste komen van de waargenomen deurwaarder. ECLI:NL:TGDKG:2024:90

2024-12-17T09:39:34+01:00december 17th, 2024|BFT, Gerechtsdeurwaarders, Nieuwsberichten, Tuchtuitspraak GDW|

Gerechtsdeurwaarders geschorst wegens bewaringstekort

De Kamer voor Gerechtsdeurwaarders heeft in de uitspraak van 4 juli 2022 geoordeeld dat alle (tien) gerechtsdeurwaarders, waar het BFT een tuchtklacht tegen had ingediend, tuchtrechtelijk verantwoordelijk zijn voor langdurige tekorten op de kwaliteitsrekeningen. De Kamer acht het “zonneklaar” dat het meetellen van andere rekeningen dan de kwaliteitsrekeningen bij het berekenen van de bewaringspositie in strijd is met artikel 19, eerste lid, van de Gdw. Ook de aan een opdrachtgever verschuldigde bedragen waarvoor een [...]

2022-07-25T11:53:09+02:00juli 25th, 2022|BFT, Gerechtsdeurwaarders, Tuchtuitspraak GDW|

Taken en verantwoordelijkheden gerechtsdeurwaarder veelomvattend

Naar aanleiding van een tuchtklacht van het BFT is door de tuchtrechter bevestigd dat de taken en verantwoordelijkheden van een gerechtsdeurwaarder zich niet beperkten tot het correct verrichten van ambtshandelingen. Zo dient een gerechtsdeurwaarder bedacht te zijn op zijn onafhankelijkheid bij het uitbrengen van exploten. De maatschappij mag voorts verwachten dat een gerechtsdeurwaarder steeds zicht heeft op alle onderdelen van zijn kantoororganisatie. Een gerechtsdeurwaarder is ook daarvoor verantwoordelijk. Dat geldt te meer als het [...]

2022-06-08T15:06:50+02:00juni 8th, 2022|BFT, Gerechtsdeurwaarders, Tuchtuitspraak GDW|

Hof bevestigt gezamenlijke verantwoordelijkheid bewaringspositie

Alle aan een kantoor verbonden gerechtsdeurwaarders (in loondienst) zijn in dezelfde mate verantwoordelijk voor de derdengelden. Als een organisatie zo is ingericht dat niet alle gerechtsdeurwaarders deel uit maken van het bestuur, dan moeten de overige deurwaarders ervoor zorgen dat zij toch voldoende geïnformeerd worden zodat zij kunnen beoordelen of de afspraken die het bestuur met derden maakt in overeenstemming zijn met de regelgeving. ► ECLI:NL:GHAMS:2021:2753

2021-10-14T16:36:44+02:00oktober 14th, 2021|BFT, Tuchtuitspraak GDW|

Gerechtsdeurwaarder mag niet afwijken van beschermingsgedachte artikel 19 Gdw

De Kamer voor gerechtsdeurwaarders heeft in een uitspraak van 18 december 2020 geoordeeld dat vast is komen te staan dat de benadering van het gerechtsdeurwaarderskantoor van de BLOS-regels – de zuiver taalkundige uitleg die daaraan is gegeven – in dit specifieke geval geleid heeft tot een uitkomst die niet overeenstemt met de beschermingsgedachte van artikel 19 Gerechtsdeurwaarderswet. De gedachte van dit artikel is dat te allen tijde voldoende middelen op de kwaliteitsrekening moeten staan [...]

2021-01-11T15:35:52+01:00januari 11th, 2021|BFT, Tuchtuitspraak GDW|

Met een negatieve bewaring maakt een deurwaarder inbreuk op het maatschappelijk vertrouwen

Naar aanleiding van onder meer negatieve bewaringsposities en het niet melden daarvan, dient het BFT een tuchtklacht in tegen twee gerechtsdeurwaarders. De kamer ziet in erkenning en het aanpassen van de werkwijze reden om af te wijken van het uitgangspunt dat een negatieve bewaringspositie in beginsel leidt tot ontzetting uit het ambt. De kamer legt een schorsing op van één maand en veroordeelt de gerechtsdeurwaarders tot betaling van de kosten van de klachtbehandeling. ► ECLI:NL:GHAMS:2020:1550 [...]

2020-08-27T22:58:09+02:00augustus 27th, 2020|BFT, Gerechtsdeurwaarders, Tuchtuitspraak GDW|

Tuchtuitspraak: Geldlening opdrachtgever in strijd met onafhankelijkheid deurwaarder

Door het afsluiten van een geldlening tussen een deurwaarder en een opdrachtgever wordt al snel de schijn van afhankelijkheid gewekt. Een gerechtsdeurwaarder sluit een lening af bij een indirect opdrachtgever van het gerechtsdeurwaarderskantoor. Op de geldlening dienden grote bedragen afgelost te worden. Nu ook nog een groot deel van de omzet als korting aan de geldverstrekker moest worden afgedragen, werd de schijn van afhankelijkheid van de gerechtsdeurwaarders gewekt. ► ECLI:NL:TGDKG:2019:8 Het BFT handhaaft geconstateerde [...]

2019-11-28T13:59:28+01:00november 27th, 2019|BFT, Nieuwsberichten, Tuchtuitspraak GDW|
Ga naar de bovenkant